Nederlandse Mobiliteit ná de coronacrisis
Binnen anderhalve maand is de mobiliteit in onze samenleving radicaal veranderd. Treinen rijden maximaal tweemaal per uur, het aantal gereden kilometers per persoon daalde met 50%, er zijn vliegverboden ingesteld voor diverse bestemmingen en luchtvaartmaatschappijen als Transavia en EasyJet houden hun gehele vloot aan de grond. Maar wat voor impact zal dit hebben op onze mobiliteit ná Corona?
In dit inzicht zijn de ontwikkelingen gedurende de Corona crisis geanalyseerd om een beeld te schetsen van onze toekomstige mobiliteit. Want in de tijden van thuiswerken, online vergaderen en digitaal onderwijs worden er grote stappen gemaakt in zowel innovatie als digitale acceptatie. Waar er digitaal vergaderen voorheen tegenzin opwekte, is dit weggenomen door de huidige bittere noodzaak om door te kunnen gaan. Al met al bieden de sprongen in innovatie en de versnelling in acceptatie een bijzondere kans om ons werken te digitaliseren. Maar hoe zal deze digitalisering tijdens deze crisis onze toekomstige mobiliteit in Nederland beïnvloeden?
Spitsuren in het OV worden rustiger door digitalisering onderwijs
Om de toenemende druk op ons OV stelsel tijdens spitsuren te verminderen is er sinds 2014 een landelijke discussie gaande of en hoe studenten uit de OV spits gemeden kunnen worden. Zo was in 2018 van 58% van de OV reizigers bekend dat ze een studenten reisproduct hebben (CBS, 2020). Om deze groep te verkleinen zijn er een aantal alternatieven ontwikkeld, variërend van het verlaten van collegetijden tot het inzetten van beloningen als studenten buiten de spits reizen. Echter is dit tot nog toe beperkt gebleven tot lokale initiatieven, mede doordat het HBO en WO-onderwijs zwaar rust op klassikale colleges en werkgroepen.
Maar ook binnen deze traditionele instituties is de afgelopen jaren een digitale innovatieslag in gang gezet. Zo worden veel colleges al opgenomen en zijn ze live mee te kijken én achteraf terug te kijken. Hiermee blijkt de fundering gelegd om het onderwijs ook tijdens Corona tijden door te kunnen zetten. Universiteiten en hogescholen hebben in korte tijd grote sprongen voorwaarts gemaakt om het onderwijs digitaal voort te zetten. Naast colleges en werkgroepen worden zelfs tentamens online gemaakt. Uiteraard zijn de middelen nog niet geperfectioneerd, maar zowel de noodzaak naar digitaal onderwijs als de wil om het te omarmen bieden kansen voor de toekomst.
Want nadat we de huidige crisis het hoofd hebben geboden kunnen deze innovaties en welwillendheid doorgezet worden. Doordat fysiek klassikaal onderwijs minder nodig is, kan het aantal studenten dat het OV gebruikt tijdens de spits verminderd worden. Zo ontstaat er nodige ruimte voor ons OV stelsel om de spits pieken op te vangen.
Het aantal afgelegde kilometer per werknemer daalt in de sectoren Zakelijke Dienstverlening en Overheid
Het gebruik van ‘video conferences’ is de afgelopen jaren toegenomen binnen zowel publieke als commerciële sectoren. Mede hierdoor is het voor de sectoren Zakelijke Dienstverlening en de Overheid mogelijk om tijdens de Corona crisis de reguliere werkzaamheden vanuit huis door te zetten (ING, 2020). De noodzaak voor digitale oplossingen zorgt ervoor dat professionals welwillend zijn om hun zakelijke routines om te gooien, net zoals dit in het onderwijs gebeurt. Vergaderingen op kantoor en op externe locaties worden vervangen door oplossingen als Microsoft Teams, Google Hangouts of Zoom en zelfs brainstormsessies vinden digitaal plaats.
Al met al zorgt dit binnen deze sectoren voor een verschuiving op nationaal niveau; in korte tijd komt bijna iedereen in aanraking met digitaal werken en vergaderen. De noodzaak en welwillendheid leiden zo gezamenlijk tot een stijging in de digitaal kunde. En deze kunde zal sterk van pas komen in de toekomst, want wanneer digitale vergaderingen natuurlijk en intuïtief aan zijn gaan voelen vermindert de noodzaak voor fysieke ontmoetingen. Zo kan het aantal gereisde kilometers per werknemer in de sectoren Zakelijke Dienstverlening en de Overheid verminderd worden, op zowel het spoor als het asfalt.
Wereldwijde adoptie van digitaal vergaderen vermindert de noodzaak tot internationale business vluchten
De stijging in digitaal werken en vergaderen vindt niet alleen plaats binnen Nederland. Door het internationale karakter van Corona is de noodzaak van online werken een wereldwijd fenomeen. Vóórdat deze pandemie uitbrak, bestond zo’n 12% van de vliegtuigpassagiers uit ‘business travel’. Nu de personenluchtvaart met 90% afgenomen is zijn bedrijven wereldwijd genoodzaakt om naar vervangende middelen te zoeken voor hun internationale werkzaamheden. Dit heeft ertoe geleid dat presentaties, vergaderingen en conferenties inmiddels digitaal plaatsvinden. Voorheen zorgde verschillen in digitale acceptatie en kunde ervoor dat face-to-face ontmoetingen efficiënter waren. Nu nemen deze verschillen in rap tempo af, waardoor internationale vluchten om elkaar fysiek te zien wellicht minder nodig worden. Al met al kan dit voor een afname in internationale vluchten zorgen.
Concluderend bieden deze veranderingen ons de mogelijkheid om kritisch naar ons toekomstperspectief te kijken. Willen we alle huidige bedrijven evenredig steunen? Of krijgen bedrijven die zich nu of in de toekomst inzetten voor duurzaamheid voorrang? En zouden we een deel van deze fondsen juist moeten gebruiken om duurzame innovatie in mobiliteit te lanceren, bijvoorbeeld door steun aan luchtvaartmaatschappijen te verminderen en dit in te zetten voor de ontwikkeling van een internationale hyperloop verbinding? Een crisis doet de maatschappij schudden op zijn grondvesten. Laten we deze opschudding en vrijgekomen ruimte als mogelijkheid zien om als maatschappijkritisch onze duurzame toekomstrichting in gang te zetten.